Instroom
Om aan de groeiende behoefte naar technisch geschoold personeel te kunnen voldoen zal de keuze voor een technische opleiding vaker moeten worden gemaakt.
Technasiumleerlingen Damstede Lyceum op bedrijfsbezoek bij SMC
Een fietsbrug ontwerpen, op afstand een hijskraan bedienen, een oplossing bedenken hoe bagagemedewerkers op Schiphol gezonder kunnen werken: het zijn allemaal vraagstukken die te maken hebben met technologie. Om jong talent te enthousiasmeren voor techniek en de vele technische bedrijven die Noord-Holland rijk is, is TechValley een samenwerking aangegaan met Technasium Damstede Lyceum in Amsterdam. Het Damstede Lyceum is een van de zeven technasiumscholen in de provincie. Om leerlingen te laten proeven aan hun toekomstmogelijkheden voeren ze een echt vraagstuk uit voor regionale bedrijven.
Docent Iris Weyer van Technasium Damstede Lyceum komt zelf uit het bedrijfsleven. Vijf jaar geleden heeft ze als zij-instromer het technasiumonderwijs ontdekt: ‘Ik geef nu weliswaar les, maar niet op de klassieke manier. Een technasiumschool heeft een werkplaats waarin leerlingen projectonderwijs krijgen. Tijdens het vak Onderzoek & Ontwerpen werken ze zelfstandig in kleine teams aan praktische, technische opdrachten. Leerlingen uit havo en vwo zitten door elkaar heen, zodat ze samenwerken met en leren van elkaar. Als docent coachen en begeleiden we de leerlingen en kijken we waar ieders talent ligt. Het draait bij dit vak om analyseren, planmatig werken en creatief denken.’
Vraagstukken uit het bedrijfsleven als basis
In de werkplaats staan onder meer 3D-printers en lasersnijders, maar er is bijvoorbeeld ook een professionele keuken waar leerlingen zich kunnen richten op onderwerpen die te maken hebben met voedingstechnologie, vertelt Weyer: ‘In de eerste klas leren de leerlingen hoe een O&O-project in elkaar zit en welke impact ze kunnen creëren. Dan is het vak O&O voor alle leerlingen verplicht. Daarna wordt het een keuzevak. In de onderbouw staat daarvoor 5 uur per week op het lesrooster en in de bovenbouw 4 uur per week. Leerlingen zijn gemotiveerd om aan serieuze opdrachten uit het bedrijfsleven te werken, waarmee ze iets kunnen bijdragen. De kern is leerlingen laten beleven welke studierichtingen er zijn en welke bij hen passen.’
Denken met je handen
Leerlingen werken ongeveer 10 weken aan een project, legt Weyer uit: ‘Een project start met een kick-off bij het bedrijf dat de opdracht heeft aangedragen. Het is immers belangrijk dat de studenten zien waar het allemaal gebeurt. Daarna gaan ze in onze werkplaats in kleine groepjes aan de slag met hun opdracht. De leerlingen gebruiken bij O&O kennis en vaardigheden uit traditionele vakken als natuur- en scheikunde, biologie, wiskunde en aardrijkskunde om de opdrachten uit te voeren. Ze vinden het vooral fijn dat ze de vrijheid krijgen om hun eigen ideeën en creativiteit te ontdekken. In de werkplaats kunnen ze met hun handen denken. Na 10 weken verzorgen ze op school een eindpresentatie voor het bedrijf. Tijdens elk project organiseren we bovendien een excursie om in gesprek te gaan met een expert uit het bedrijfsleven die in zijn of haar dagelijks leven een dergelijk vraagstuk uitwerkt. Bovendien gaan we naar bijvoorbeeld een universiteit of hogeschool en leggen we leerlingen uit welke studiemogelijkheden er zijn, in de hoop dat we de leerlingen enthousiasmeren voor een bèta-studie en carrière.’
Op de hoogte blijven
Veel bedrijven zijn onbekend met het technasiumonderwijs en omgekeerd kent Weyer ook lang niet alle technische bedrijven in de regio. In 2022 kwam ze in contact met TechValley. ‘Ik was verbaasd om te horen hoeveel machinebouwbedrijven er zijn in de Kop van Noord-Holland en hoeveel innovatie hier plaatsvindt. Dankzij het grote netwerk van TechValley kunnen we nu een duurzame samenwerking opbouwen met deze bedrijven. We streven immers hetzelfde na. Het is voor onszelf ook goed om op de hoogte te blijven van alle ontwikkelingen in het bedrijfsleven, zoals op het gebied van robotica en AI - en op basis daarvan ons onderwijs te blijven vernieuwen. Als we ons aanbod op die manier verrijken kunnen we leerlingen bewust maken van de technologische mogelijkheden die er zijn, waardoor leerlingen hun eigen interesses en talenten kunnen ontdekken’, geeft Iris Weyer aan.
Jongeren inspireren en stimuleren
Eén van de bedrijven die via TechValley in contact gekomen is met het Damstede Lyceum is SMC. Dit Japanse bedrijf is wereldwijd actief in de industriële automatisering en wereldmarktleider in pneumatische componenten voor de industrie. Bert Bak werkt bij SMC Nederland in Amsterdam als accountmanager onderwijs: ‘Wij willen onze naamsbekendheid vergroten binnen het technisch beroepsonderwijs. Samenwerken met havo of vwo ligt dan niet erg voor de hand. Toen vanuit TechValley de vraag kwam om hieraan mee te werken, hebben wij toch besloten om dat te doen. In de technische bedrijven zijn techneuten op alle niveaus - van MBO tot universitair - nodig. Dit zowel op het gebied van werktuigbouwkunde, elektrotechniek als mechatronica. Als marktleider dragen we graag een steentje bij aan het ontwikkelen van het onderwijs en het stimuleren van jongeren om te kiezen voor een technische vervolgopleiding. We doen op verschillende plekken in het land mee aan evenementen voor leerlingen op vmbo, mbo, havo en vwo om ze te inspireren voor het techniekonderwijs. Daarom heb ik aan de technasiumleerlingen gevraagd of ze me konden helpen een communicatiemiddel te maken dat scholieren enthousiasmeert voor de techniek van SMC.’
Een groep van 12 leerlingen is eerst bij SMC op bedrijfsbezoek geweest. ‘In ons trainingscentrum heeft mijn collega een workshop pneumatiek gegeven en zijn ze praktisch bezig geweest met de materialen. Pas in een latere fase ben ik naar school gegaan om aan de leerlingen te laten zien welke presentatie en workshop ik geef tijdens evenementen. Achteraf gezien was dat de verkeerde volgorde, omdat ze door het bedrijfsbezoek al voorkennis hadden. Bovendien was de opdracht wat abstract en dat bleek best lastig voor de leerlingen in de uitwerking. Een praktische opdracht was voor hen wellicht fijner geweest. Ik ga dan ook samen met de docenten en mijn collega’s nadenken wat we een volgende keer anders kunnen doen’, blikt Bak terug.
Externe prikkels
Een belangrijke ontdekking voor Bert Bak zelf was dat leerlingen aangeven behoefte te hebben aan prikkels van buiten school: ‘Ze hebben een lastige tijd achter de rug met corona en leerlingen zijn daardoor wat meer geremd. De pubertijd is natuurlijk ook geen makkelijke periode. Hun volledige potentie komt er nog niet helemaal uit. Dat geeft extra aan hoe belangrijk het is dat partijen van buiten het onderwijs een handje helpen om deze jongeren te enthousiasmeren en stimuleren. De leerlingen gaven aan dat ze genoten hebben van de workshop in ons bedrijf en dat ze het fijn vonden om ergens anders dan op school bezig te zijn.’
Aan het einde van het traject is Bak met de leerlingen ook op bezoek geweest in het Robotlab van de Hogeschool van Amsterdam. ‘Om te laten zien hoe onze onderdelen daar in het onderwijs worden gebruikt in combinatie met robots. Leerlingen zagen hoe dingen die ze bij ons hadden geleerd worden toegepast en hoe ze de techniek van pneumatiek in de praktijk kunnen gebruiken. Ze hebben een speciale rondleiding gekregen bij de HvA en informatie over welke vervolgopleidingen er mogelijk zijn in Amsterdam. Het zou natuurlijk geweldig zijn als mede hierdoor een aantal van deze leerlingen besluit om na het Technasium een technische opleiding te gaan volgen aan de HvA,’ concludeert hij.
De echte wereld
Ook voor KenzFigee, bouwer van hijskranen voor de maritieme, offshore en windturbine industrie, is een groepje van drie leerlingen aan de slag gegaan. Het bedrijf uit Zaandam, dat eveneens een vestiging heeft in Aberdeen, ontwerpt en bouwt kranen en hijsoplossingen voor o.a. offshore platformen, schepen en on- & offshore windturbines. KenzFigee werkt regelmatig samen met studenten voor stages of afstudeeronderzoeken via TechValley. Tot grote tevredenheid, vertelt Senior Electrical & Controls Engineer Olivier Hartel: ‘Het is heel waardevol voor studenten om te ontdekken hoe dingen in de echte wereld gaan. En wij vinden het als bedrijf leuk om bij te dragen aan het onderwijs van jongeren, met name uit de regio.’
De drie leerlingen zijn zes keer op bezoek geweest in Zaandam, vertelt Hartel: ‘Bij het eerste bezoek hebben we laten zien wat we doen. Dat vonden ze heel mooi, hoewel ik merkte dat machinebouw wat verder van hun belevingswereld ligt. Er werd door school om een uitdagend probleem gevraagd waar we zelf geen tijd voor hadden om onderzoek naar te doen. Wij willen een systeem ontwikkelen, dat automatisch allerlei taken kan uitvoeren en waarmee we ook op afstand een kraan kunnen bedienen. Als opdracht hebben we de leerlingen daarom gevraagd om met technisch lego een hijskraan te bouwen die een blokje kon oppakken en ergens anders weer neerzetten.’
Uitdagend
Voor jongeren met nog weinig ervaring bleek dit een opdracht met veel uitdagingen: een bewegende constructie maken, de beperkingen van de lego en de basisbeginselen van natuurkunde die je moet beheersen, zoals het berekenen van een tandwieloverbrenging. Hartel vertelt, dat het ‘met begeleiding van onze kant en uit school het gelukt is. De leerlingen hadden een paar mooie snufjes bedacht. De eindschakelaar hadden ze bijvoorbeeld op een leuke manier gemaakt. Ze hebben veel geleerd, hard gewerkt en hebben een werkend eindproduct kunnen presenteren.’
Een leermoment voor Hartel zelf was dat voor een volgende opdracht wat meer kader moet worden aangebracht: ‘We willen dit graag blijven doen, omdat bedrijven een verantwoordelijkheid hebben voor de regio en het opleiden van een nieuwe generatie technici.’