Instroom
Om aan de groeiende behoefte naar technisch geschoold personeel te kunnen voldoen zal de keuze voor een technische opleiding vaker moeten worden gemaakt.
Er is nog steeds sprake van een tekort aan technici op de arbeidsmarkt. Het is dan ook van groot belang om de juiste student op de juiste plek te krijgen en te behouden. Daarom werken hogescholen, universiteiten en overheden nauw samen met het technische bedrijfsleven. De focus ligt onder meer op het verduurzamen van publiek-private samenwerkingen, zoals de Centres of Expertise.
De onderwijscijfers worden jaarlijks geüpdatet. Het betreft hier een update van 27 juni 2024.
Aandeel instromende studenten bètatechniek in ho | Het aandeel bètatechnische studenten binnen het totaal aantal studenten in het hoger onderwijs is tussen 2013/14 en 2015/16 gestegen van 26% tot 29%. Vanaf 2018/19 nam dit percentage licht af naar 27% in 2020/21, waarna het weer toenam tot 29% in 2022/23. In 2023/24 is het aandeel licht gedaald naar 28%. Op het wo ligt het aandeel studenten dat kiest voor bètatechniek al die jaren een stuk hoger dan op het hbo. In 2023/24 gaat het om respectievelijk 35% en 23%.
Aantal instromende studenten bètatechniek in ho | Tot 2020/21 steeg het aantal studenten dat een bètatechnische opleiding startte. In 2020/21 was er een flinke toename doordat er door de coronapandemie een groter cohort studenten startte. De afgelopen drie jaar begonnen in totaal minder studenten aan een opleiding in het hoger onderwijs, wat ook effect had op de absolute aantallen instroom in bètatechnische studies. In 2023/24 begonnen 48.064 studenten met een bètatechnische studie. Dat is nog steeds beduidend meer dan de 40.202 studenten die in 2013/14 instroomden in bètatechnisch hoger onderwijs.
Het laatste jaar is de daling van het absolute aantal studenten bètatechniek veroorzaakt door zowel een lager totaalaantal instromers, als een iets lager aandeel dat kiest voor bètatechniek. Het afgelopen jaar is het totaalaantal studenten dat instroomt in het hoger onderwijs met 2.793 gedaald (van 171.791 naar 168.998). Daarnaast is het aandeel dat kiest voor een bètatechnische opleiding met 1 procentpunt afgenomen (van 29% naar 28%, zie bovenstaande grafiek ‘Aandeel instromende studenten bètatechniek in het hoger onderwijs’).
Als we inzoomen op de trend in het hbo en wo zijn er in beide gevallen na een lange periode van stijging, dalingen zichtbaar. In het hbo begint het aantal studenten dat instroomt in bètatechnische studies te dalen na 2018/19 (uitgezonderd het afwijkende jaar 2020/21). Het gaat hier om 24.999 studenten in 2018/19 en 22.293 studenten in 2023/24. In het wo zette de stijging langer door. Een daling start na 2021/22. In 2021/22 stroomden in het wo 27.146 bètatechniekstudenten in. Twee jaar later zijn dat er 25.771 (2023/24).
Aandeel bètatechniek binnen gediplomeerden ho | Het aandeel bètatechnisch gediplomeerden binnen het totaal van gediplomeerden in het hoger onderwijs neemt toe, van 22% in 2012/13 naar 28% in 2022/23.
Bij gediplomeerden hbo bachelors/ad steeg het aandeel van 19% in 2012/13 naar 23% in 2021/22. In het afgelopen is het aandeel gedaald naar 22%. Het universitaire bètatechnische aandeel op masterniveau nam de afgelopen tien jaar toe van 23% naar 31%. Het aandeel bètatechnische universitaire bachelors nam toe van 27% in 2012/13 tot 34% in 2018/19 en is, na een aantal stabiele jaren, de afgelopen twee jaar licht afgenomen tot 33% in 2022/23.
Het aandeel vrouwen met een bètatechnisch diploma ten opzichte van alle vrouwen met een diploma in het hoger onderwijs is in tien jaar tijd toegenomen van 12% (2012/13) naar 18% (2022/23). Bij mannen was er ook een stijging in deze periode, van 35% in 2012/13 tot 40% in 2022/23.
Aantal diploma's bètatechniek ho | Het aantal gediplomeerden bètatechniek is in 2022/23, na een lichte afname in 2021/22, weer toegenomen tot 33.017. Dit geldt zowel voor wo-masters als voor hbo bachelor/ ad gediplomeerden. Tien jaar ervoor was het aantal nog 19.753. Dit betekent een stijging van 67% in het absolute aantal bètatechniek-gediplomeerden. In de afgelopen tien jaar is ook het totale aantal gediplomeerden in het hoger onderwijs gestegen (34%), en daarbij opgeteld het toegenomen aandeel bètatechniek, verklaart dit de forse toename van 67%. De grootste stijging komt uit het wo, waar het aantal mastergediplomeerden in de bètatechniek de afgelopen tien jaar toenam van 8.266 (2012/13) naar 16.406 (2022/23). Dat is een toename van 98%, wat hoger ligt dan de totale toename van het aantal wo-master gediplomeerden (46%). In het hbo nam het aantal bachelor/ad-gediplomeerden in de bètatechniek in dezelfde periode toe van 11.487 naar 16.611. Dat is een toename van 45%, dat deels wordt verklaard door een totale toename in hbo bachelor/ad-gediplomeerden (24%) en deels door een toegenomen aandeel bètatechniek.
Het aantal vrouwen met een bètatechnisch diploma in het hoger onderwijs is toegenomen van 5.305 in 2012/13 naar 11.706 in 2022/23 (+121%). Hiervan wordt een beperkt deel verklaard door toename in totaal aantal gediplomeerden (+33% onder de vrouwen) en het grootste deel door stijging van het aandeel bètatechniek. Bij mannen is er eveneens sprake van een stijging, van 14.448 in 2012/13 naar 21.311 in 2022/23 (+48%). Dit wordt deels verklaard door een totale toename van het aantal gediplomeerden (+31% onder de mannen) en deels door een stijging in aandeel bètatechniek.
Numerus fixus | Numerus fixus wordt bij studies om verschillende redenen ingesteld. Een veel voorkomende reden is uitvoerbaarheid zoals het aantal beschikbare docenten, collegezalen, practica-ruimten en dergelijke. Een andere veel voorkomende reden is een limiet vanwege minder gunstige arbeidsmarktperspectieven. Ontwikkeling van numerus fixus-studies heeft dus invloed op de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt. Zoals gezegd, kan dit bijdragen aan een gewenste balans. Maar als een numerus fixus om praktische redenen wordt ingesteld, kan in sommige gevallen het tegenovergestelde gebeuren: beperking van het aantal plaatsen van een opleiding waar wel veel arbeidsvraag naar is. Hier is een overzicht van opleidingen met numerus fixus te vinden.
In studiejaar 2024/25 zijn er in het hbo 5 bètatechnische studies met een numerus fixus (4 unieke opleidingscodes). Dit is een opleiding minder dan in studiejaar 2023/24, toen waren er 6 opleidingen/5 unieke opleidingscodes met numerus fixus. Ten opzichte van 2023/24 verhogen twee bètatechnische studies de capaciteit (samen +90 plaatsen).
Aan de universiteiten zijn er in 2024/25 24 bètatechnische studies met numerus fixus (18 unieke opleidingscodes). Aan de universiteiten waren er in 2023/24 28 bètatechnische studies met numerus fixus (21 unieke opleidingscodes). Dit verschil wordt veroorzaakt doordat er vijf opleidingen de numerus fixus hebben afgeschaft en er een geheel nieuwe opleiding met numerus fixus start in 2024/25. Er is een opleiding die de numerus fixus in 2024/25 verruimt ten opzichte van 2023/24 (+20 plaatsen).
Op zowel hbo (23%) als wo (35%) is het aandeel instroom in bètatechnische opleidingen gelijk gebleven afgelopen jaar. Door afname van het aantal leerlingen is het absolute aantal instromende studenten wel iets gedaald.
Bij gediplomeerden is er nog wel een (gedeeltelijke) stijging zichtbaar. Zowel op hbo-bachelor als wo-masterniveau is het absolute aantal bètatechnisch gediplomeerden het laatste jaar iets gestegen. Het aandeel bètatechnisch gediplomeerden is met 2 procentpunt gestegen op wo-masterniveau, terwijl het op hbo bachelorniveau met 1 procentpunt is gedaald.