Instroom
Om aan de groeiende behoefte naar technisch geschoold personeel te kunnen voldoen zal de keuze voor een technische opleiding vaker moeten worden gemaakt.
Scholen en bedrijven werken samen aan het aanbieden van contextrijk en uitdagend techniekonderwijs op havo/vwo. Er zijn diverse programma’s actief die als doel hebben om jongeren een goed beeld te geven van de carrièrekansen in de techniek en ICT. Verschillende publiek-private samenwerkingen in het voortgezet onderwijs dragen hieraan bij.
De onderwijscijfers worden jaarlijks geüpdatet. Het betreft hier een update van 8 april 2022.
Het aandeel leerlingen op de havo en het vwo dat kiest voor de profielen Natuur en Gezondheid en/of Natuur en Techniek (N-profiel) neemt af. Tussen 2014/15 en 2016/17 was het aandeel leerlingen met een N-profiel op de havo 43% en op het vwo 62%. Op de havo is het aandeel in 2021/22 36% en op het vwo 57%. Op het vwo is het aandeel leerlingen dat kiest voor een N-profiel nog steeds beduidend hoger dan op de havo.
Het aandeel meisjes dat kiest voor een N-profiel is zowel op de havo als het vwo tot 2016/17 gestegen. Bij de havo naar 39% en bij het vwo naar 60%. Daarna daalde het aandeel. Op de havo kiest 35% van de meisjes in 2021/22 voor een N-profiel, op het vwo 56% Het aandeel jongens dat een N-profiel kiest, daalt sinds 2014/15. Bij havo gaat het om een daling van 47% in 2014/15 naar 37% in 2021/22. Bij vwo daalde het aandeel in die periode van 66% naar 57%.
Het aantal leerlingen op de havo en het vwo dat kiest voor de profielen Natuur en Gezondheid en/of Natuur en Techniek (N-profiel) is tussen 2011/12 en 2016/17 gestegen van 44.113 naar 53.743 leerlingen. Daarna daalde het aantal tot 47.432 leerlingen in 2021/22. Voor het vwo geldt dat het aantal leerlingen met een N-profiel groeide van 23.435 in 2011/12 tot 27.012 in 2016/17 en vervolgens afnam tot 24.311 in 2021/22. Voor de havo geldt een toename van 20.678 in 2011/12 tot 26.731 in 2016/17 en vervolgens een daling naar 23.121 leerlingen in 2021/22.
Het aantal meisjes dat kiest voor een N-profiel is zowel op de havo als het vwo toegenomen tussen 2011/12 en 2018/19 en zowel op havo als vwo gedaald in de laatste drie jaar. De toename op de havo is 8.708 meisjes in 2011/12 tot 12.503 in 2018/19. Het aantal is 11.378 in 2021/22. Op het vwo is het aantal meisjes dat kiest voor een N-profiel toegenomen van 11.233 in 2011/12 tot 14.033 in 2018/19. In 2021/22 gaat het om 12.843 meisjes.
Het aantal jongens dat kiest voor een N-profiel is op zowel havo als vwo na een stijging tussen 2011/12 (havo 11.970; vwo 12.202) en 2014/15 (havo 14.315; vwo 13.293) gedaald tot aan 2021/22 (havo 11.743; vwo 11.468).
Het merendeel van de leerlingen dat examen doet in een N-profiel, stroomt daarna door naar een bètatechnische vervolgopleiding in het hoger onderwijs. Dit percentage is gestegen van 53% van de gediplomeerden in 2010/11 naar 61% in 2014/15. Daarna daalde het aandeel. De laatste twee jaar is het percentage 55%. Het doorstroompercentage op het vwo is de laatste tien jaar netto toegenomen van 57% in 2010/11 naar 62% in 2020/21. Daarentegen is het doorstroompercentage op de havo netto iets afgenomen. Van 48% in 2010/11 naar 47% in 2020/21.
Jongens die diplomeren met een N-profiel stromen vaker door naar technisch vervolgonderwijs dan meisjes met een N-profiel. Op de havo stroomt 27% van de meisjes met een N-profiel door naar een technische opleiding, tegenover 68% van de jongens. Op het vwo stroomt 50% van de meisjes met een N-profiel door naar een technische opleiding, tegenover 74% van de jongens.
Het totale percentage leerlingen dat met een havo- of vwo-diploma doorstroomt naar een bètatechnische vervolgopleiding in het hoger onderwijs is tussen 2010/11 en 2016/17 flink toegenomen van 27% tot 34%. Daarna is het (licht) gedaald, en de laatste twee jaar gestabiliseerd op 32%. Vanuit havo stroomde 25% van alle gediplomeerden in 2020/21 door naar bètatechnisch hoger onderwijs. Vanuit vwo stroomde 40% van alle gediplomeerden in 2020/21 door naar bètatechnisch hoger onderwijs.
Van alle meisjes die een vwo-diploma haalden in 2020/21, koos 32% een bètatechnische opleiding. Dit is een toename ten opzichte van 2010/11, toen 23% bètatechniek koos. Op havo gaat het om 13% in 2020/21, tegenover 9% in 2010/11. De laatste jaren is het percentage doorstroom van meisjes naar bètatechnisch hoger onderwijs redelijk stabiel, maar lijkt wel heel licht af te nemen. Onder jongens is de doorstroom een aantal jaren gestegen tot 2014/15 (havo 42%, vwo 53%). Na een stabiele periode is het aandeel vanaf 2017/18 aan het dalen. In 2020/2021 ligt het percentage op 37% (havo) en 50% (vwo).