Ton Wilthagen ©TP

 

15 juni 2020

Stilstand is achteruitgang

In zeven jaar Techniekpact is het bevorderen van Leven Lang Ontwikkelen (LLO) gepromoveerd van ‘mogelijke onderdeel van de sectorplannen’ tot een van de vier speerpunten voor de komende jaren. Twee deskundigen – hoogleraar Arbeidsmarkt Ton Wilthagen en Wij Techniek/OTIB-directeur Sven Asijee – zoomen in op het groeiende besef dat LLO essentieel is voor de toekomstbestendigheid van het technisch en technologische bedrijfsleven en daardoor ook voor de maatschappelijke uitdagingen die we nu en straks aan moeten gaan.

We leven niet in een tijdperk van veranderingen, maar in een veranderend tijdperk. In onze wereld in transitie is het cruciaal steeds in te kunnen springen op nieuwe situaties. Leven Lang Ontwikkelen speelt hierop in. ‘Het gaat erom hoe we omgaan met veranderingen’, stelt Ton Wilthagen, hoogleraar Arbeidsmarkt Universiteit Tilburg en Techniekpact-trekker van het landsdeel Zuidoost. ‘Om de grote uitdagingen van onze tijd – zoals de energietransitie en de klimaatadaptatie – in goede banen te leiden, moeten we ons kunnen blijven ontwikkelen. Leren is hét smeermiddel in alle transities en transformaties op de arbeidsmarkt. Of het nu om een crisis gaat, zoals nu met corona, om economische hervormingen of andere maatschappelijke uitdagingen.’

New deal
Gelukkig is LLO de afgelopen jaren door de Techniekpact-partners omarmd. Een van meest in het oog springende initiatieven daarbij is de New Deal, een groeimodel voor een vernieuwend arbeidsmarktstelsel voor Zuidoost-Nederland. LLO krijgt in deze New Deal prioriteit. Wilthagen is een van de initiatiefnemers. Hij wijst ook op de Techniekcoalitie Limburg, een in de slipstream van de New Deal ontstaan samenwerkingsverband dat bedrijven helpt toekomstbestendig te worden in een snel veranderende markt. ‘Het is een inspirerend voorbeeld, geboren in een regio met veel maakindustrie en krapte op de arbeidsmarkt. Maar ook in andere regio’s, met andere uitgangsposities, gebeurt veel’, relativeert Wilthagen. ‘Overal ontstaan publiek-private samenwerkingsverbanden, gevormd rondom triple of zelfs quadrupel helix-modellen. En overal staat LLO hoog op de agenda.’

2020.15.06 Asjiee, Sven Ld20200519 031 Webversie

Sven Asijee ©TP

Coördinatiemechanisme
Het is een geruststelling dat er veel goeds geschiedt als partijen elkaar weten te vinden, beseft Wilthagen. ‘De afgelopen jaren toonden we onze veerkracht. We hebben laten zien dat het Techniekpact echt een pact is, een ingenieus coördinatiemechanisme dat de praktijkwijsheid in samenwerkende regio’s, landsdelen en sectoren versterkt. Dat geeft vertrouwen voor de nabije toekomst, waarin bijvoorbeeld de inrichting van de anderhalvemetereconomie het uiterste van onze innovatie en creativiteit eist. We moeten bijleren hoe we daarmee het beste om kunnen gaan. De situatie is complexer dan voorheen. Maar ook deze crisis kunnen we te lijf gaan op het kruispunt van sectoraal niveau, regionaal niveau en landelijk niveau!’

LLO als automatisme
Ook Sven Asijee, directeur van Wij Techniek (voorheen OTIB, Opleidings- en ontwikkelingsfonds voor het Technisch InstallatieBedrijf) heeft vertrouwen in de toekomst. ‘Dankzij de sterke organisatiegraad in de techniek en de bereidheid om samen te werken, hebben we veel voor elkaar gekregen. Ook op het gebied van LLO. Ik verwacht dat we die stijgende lijn door kunnen trekken. Door COVID-19 heeft online leren een vlucht genomen, hetgeen echt kan bijdragen aan LLO. Verder kunnen initiatieven als de SLIM-regeling en het STAP-budget bij bedrijven het juiste duwtje in de rug geven. Al moet je jezelf niet puur ontwikkelen, omdat er middelen voor beschikbaar zijn. Je moet het echt willen. We willen meer sturen op het gedrag, zodat LLO een automatisme wordt: ik wil me blijven ontplooien. Bij jongeren is dat al een intrinsieke motivatie, bij ouderen ontbreekt dat vaak nog. Maar dat verandert.’

Van topstarter naar topmeester
Dat ontwikkeldrang bij de huidige generatie jongeren ingebakken is, kwam al enkele jaren geleden uit OTIB-onderzoeken naar voren. Asijee: ‘Rond 2013 was “behoud” een kernthema. We merkten dat te veel jongeren na enkele jaren onze sector verlieten. Zaak dus om onze sector aantrekkelijker te maken. Persoonlijke ontwikkeling bleek daarbij het ei van Columbus. Daarop hebben we ingespeeld met diverse programma’s en trajecten, zoals de gesubsidieerde om-, bij- en herscholingstrajecten van Gelders Vakmanschap, het programma Sterk in je Werk en het met A&O en OOM opgezette opleidingstraject voor technische vakmensen die zich willen ontwikkelen tot hybride techniekopleider.’

Een ander voorbeeld zijn de ‘TOP’-programma’s’. ‘We hebben een complete Top-lijn ontwikkeld die evenredig loopt aan LLO’, vertelt Asijee. ‘Je kunt je eerst als TopStarter ontwikkelen, daarna bekwamen tot TopVakman en vervolgens doorgroeien naar TopMeester. We zien dat vakmensen, waaronder in onze definitie ook niet-technisch geschoolden vallen, die deze programma’s doorlopen significant langer in onze sector blijven werken dan vakmensen die dat niet doen.’

Ontwikkelcultuur
Mede dankzij bovenstaande initiatieven druppelt bij bedrijven het besef naar binnen dat zij zonder het bieden van perspectief de boot missen. Analyses van Wij Techniek/OTIB wakkeren dit besef aan. Hieruit blijkt dat 55 procent van de jonge werknemers binnen twee jaar voor een nieuwe uitdaging kiest. Velen van hen geven aan dat zij te weinig ontwikkelmogelijkheden ervaren en hierdoor weinig ruimte van de leidinggevenden krijgen. ‘Dat zijn beïnvloedbare factoren’, onderstreept Asijee. ‘Bedrijven moeten hierop inspringen, maar dat zit nog te weinig tussen de oren: de ontwikkelcultuur ontbreekt. Een dialoog tussen leidinggevende en medewerker over groei en ontwikkeling is bij veel bedrijven niet vanzelfsprekend.’

Het 'zonder-zijwieltes'- gevoel
Ook hoogleraar Arbeidsmarkt Ton Wilthagen onderstreept het belang van een ontwikkelcultuur. ‘Weet je nog hoe het voelde toen je voor het eerst zonder zijwieltjes fietste? We moeten LLO zo inrichten dat leren je vergelijkbare positieve ervaringen brengt. Jezelf ontwikkelen is niet louter noodzaak; het is ook leuk en stimulerend. Om dat gevoel te bewerkstelligen is er binnen een bedrijf een leercultuur nodig. Voor iedereen toegankelijk – vast, flex en zzp – want als je wilt dat je gehele elftal scoort in een wedstrijd, hou je niet vier van de elf van het trainingsveld weg.’

Nieuwe vrienden
Wij Techniek/OTIB heeft een bijzondere manier om bedrijven bewust te maken van het belang van een ontwikkelcultuur: de theatervoorstelling Nieuwe Vrienden. ‘Nieuwe Vrienden gaat over een wat oudere directeur/eigenaar die worstelt met de maatschappelijke, technologische en personele uitdagingen waar we komende jaren niet omheen kunnen’, vertelt Sven Asijee enthousiast. ‘Alle relevante thema’s komen voorbij, waarbij steeds de vraag is: hoe ga je daarmee om? Zo is er een jongere medewerker die zich wil specialiseren in het installeren van zonnepanelen. De directeur/eigenaar ziet daar geen brood in. Maar gaandeweg beseft hij dat je jongeren een perspectief moet bieden, anders gaan ze elders werken. Het is mooi gespeeld, de taal is doorspekt met bouwplaats-termen. Erg herkenbaar dus. Het slaat aan. Inmiddels is de voorstelling 70 keer gespeeld, steeds voor 100 tot 150 bezoekers, veelal directeuren en leidinggevenden en hun partners. De voorstelling zet echt aan tot bewustwording.’

Tomtom voor de arbeidsmarkt
‘We weten in toenemende mate hoe en waarom we insteken op LLO’, voegt Wilthagen toe. ‘Dat geeft vertrouwen voor de toekomst. Wat nog ontbreekt is een sense of direction: waar naartoe leer je? Het bepalen van die richting kunnen we niet aan individuen overlaten: het vereist inzet van technologie. Aan de hand van de vele data die we in Nederland hebben, kunnen we voorspellen hoe onze arbeidsmarkt zich gaat ontwikkelen en welke skills dan gewenst zijn. Een TomTom voor de arbeidsmarkt dus. Die kennis kunnen we bijvoorbeeld koppelen aan Skillspaspoorten, waarin je vastlegt welke skills je beheerst.’

Digitaal vakpaspoort
Wij Techniek/OTIB is op dit moment samen met de sociale partners bezig met het opzetten van zo’n paspoort. ‘Vakmensen kunnen straks via een app op hun telefoon laten zien welke certificaten en diploma’s zij hebben gehaald, inclusief de geldigheidsduur’, vertelt Asijee. ‘Zodra er een nieuw certificaat gehaald is, wordt deze opgenomen in de centrale database van Centraal Register Techniek en belandt zo in het digitale vakpaspoort van de gecertificeerde. In juli hopen we het eerste deel rondom CO-certificering in de lucht te krijgen. Daarna bouwen we het paspoort verder uit.

'Door de arbeidsmarktdata te koppelen aan de informatie over de aanwezig skills bij vakmensen, is ook'matching of skills’ mogelijk. ‘Je kunt dan bijvoorbeeld een Netflix-achtig algoritme inzetten’, oppert Wilthagen. ‘Op streamingsdiensten krijg je nu op basis van de films, series of de muziek die je streamt suggesties: misschien is dit ook wel iets voor jou. Vergelijkbare adviezen kun je ook krijgen op basis van je skills. Zulke innovaties maken LLO nog efficiënter. Daarmee moeten we snel aan de slag. Want de noodzaak groeit. En de uitdagingen groeien mee.’