Bron: iStock

29 juni 2023

‘Ik vind dat we in Nederland te vaak zeggen dat bèta moeilijk is’

De jaarlijkse update van de Monitor Techniekpact laat een gemengd beeld zien: het aantal vwo-leerlingen met een N-profiel stijgt, het aandeel jongens met een N-profiel op de havo blijft daarentegen dalen. De doorstroom vanuit de havo naar een bètatechnische hbo-vervolgopleiding is onder jongens heel licht gestegen. Het aandeel meiden daalt aanhoudend. Anneke Postma, voorzitter van het Landelijk Informatie- en expertiseCentrum Aansluiting hbo (LICA), reflecteert op de cijfers.

Sinds december 2022 is Anneke Postma voorzitter van het LICA. Het LICA is een landelijk netwerk waar onder meer het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) en de onderwijskoepels (VO-raad, MBO Raad en Vereniging Hogescholen) aan deelnemen. Binnen het netwerk houdt ze zich, net zoals tijdens haar dagelijks werk bij de Hogeschool Windesheim, bezig met beleid dat onnodige instroomdrempels in het hbo wegneemt en dat ervoor zorgt dat toekomstige studenten goed voorbereid aan het hbo beginnen. Postma: 'Bij onnodige drempels moet je bijvoorbeeld denken aan de studielast of aan lesroosters die te veel zelfstandigheid van studenten vragen. Ik zet mij in voor gelijke kansen, diversiteit en inclusie omdat ik het belangrijk vind dat alle jonge mensen hun talenten kunnen ontplooien. Dat is (nog steeds) niet voor iedereen vanzelfsprekend, vooral niet voor jongeren met een lage sociaal-economische status (SES).'

Achterblijvende techniekinstroom
Postma "staat niet te juichen" bij de recente cijfers van de Monitor Techniekpact. 'Als je welwillend kijkt, dan zie je min of meer gelijke aandelen N-profielen tussen mannen en vrouwen. Veel extra reden voor optimisme zie ik eerlijk gezegd niet.' De hamvraag is natuurlijk: waaraan ligt het dat de instroomcijfers achterblijven bij de inzet? 'Ik ben geen expert', begint Postma, 'maar als ik moet speculeren dan kan ik vier redenen bedenken. Ik vind dat we in Nederland te vaak zeggen dat bèta moeilijk is. Dat is onzin wat mij betreft, maar het schrikt studenten wel af. Een tweede punt is dat alle vervolgopleidingen en alle beroepen in dezelfde vijver vissen; overal zijn tekorten. Daarnaast is het lastig om (later) te kiezen voor een bètaopleiding als je geen N-profiel hebt. Mocht je ontdekken dat je (toch) een bètastudie ambieert, dan is switchen moeilijk. Als dit makkelijker zou zijn, zorgt dat niet meteen voor een gigantische aanwas, maar deze obstakels helpen niet.'

Beroepsbeeld en voorbereiding
'Een laatste reden die ik kan bedenken is het beroepsbeeld', vervolgt Postma. 'Veel jongeren die een opleiding kiezen hebben geen goed beeld bij het beroep waarvoor de opleiding opleidt. Dat geldt niet alleen voor techniek, maar techniek blijkt ook voor ouders vaak onbekend terrein. Veel ouders hebben beroepen in andere sectoren; onbekend maakt onbemind. Het is zaak om op veel momenten tijdens de schoolcarrière aandacht te besteden aan vormen van loopbaanoriëntatie en -begeleiding (LOB) zodat jongeren hun interesses, voorkeuren en vaardigheden leren kennen. Zo maken ze een beter onderbouwde opleidingskeuze. Ik zie in mijn werk als coördinator Instroom en Aansluiting aan de Hogeschool Windesheim dat studenten die hun studiekeuze goed voorbereiden, bijvoorbeeld door open dagen en meeloopdagen te bezoeken, succesvoller zijn en minder snel uitvallen. Al is een beter voorbereide studiekeuze natuurlijk geen garantie voor een keuze voor techniek.'

Cross-overs
Postma vindt het lastig om oplossingen te bedenken die de techniekinstroom in het hbo verhogen. 'Ik heb dé oplossing niet. Als ik die had, dan trok ik als een goeroe door het land. Ik denk wel dat we andere, nieuwe ideeën nodig hebben. Blijkbaar werken de huidige niet goed genoeg. Het is een open deur, maar als je andere resultaten wilt, heb je andere input nodig. Ik zie geen nieuwe oplossingen voorbijkomen. Ik pleit voor meer overleg tussen de verschillende tekortsectoren, juist omdat we allemaal in dezelfde vijver vissen. Je kunt kijken naar extra cross-overopleidingen, bijvoorbeeld tussen techniek en zorg of andere disciplines. Cross-overs passen misschien beter bij de interesses van jongeren. Maar dan ben ik echt aan het speculeren. Je kunt pas een oplossing bedenken als je de oorzaak kent. Ik ken die oorzaken onvoldoende.' Postma is geen voorstander van verschillend beleid voor mannen en vrouwen. 'Zolang de verschillen binnen die groepen groter zijn dan verschillen tussen deze groepen, zie ik geen reden voor onderscheid.'

Samenwerking voor doorstroming
Het goede nieuws: niemand zit stil. Vereende krachten blijven zoeken naar mogelijkheden om de techniekinstroom te verhogen. Nieuw beleid vanuit het ministerie van OCW richt zich onder andere op het stimuleren van een praktijkcomponent op de havo, zoals een praktijkgericht programma technologie. Het ministerie stimuleert daarnaast vmbo-/havo-, mbo- en hbo- instellingen om onderwijsprogramma’s beter onderling af te stemmen. In dat laatste punt, dat voor doorstroming binnen de beroepskolom moet zorgen, heeft Postma (wel) vertrouwen. 'Intensieve(re) samenwerking blijkt altijd heel krachtig. De samenwerking tussen mbo en hbo is al sterk verbeterd en het is uiteraard goed om daar ook vmbo en havo bij te betrekken. Als er meer kennis bij docenten is van elkaars werkterrein en werkwijze kunnen ze hun leerlingen en studenten beter adviseren. Dat zorgt voor betere aansluiting en doorstroming.'

Over Anneke Postma

Anneke Postma is coördinator Instroom en Aansluiting bij de Hogeschool Windesheim. In die rol zorgt ze voor een samenhangende aanpak binnen de verschillende domeinen op het gebied van instroom en aansluiting van vo- en mbo-scholen om zo een betere aansluiting met het hbo te realiseren. Daarnaast is ze parttime-voorzitter van het Landelijk Informatie- en expertiseCentrum Aansluiting hbo (LICA).

Anneke Postma   Vz. Lica

© LICA [Frank van der Veeke]