Dominiek Veen ©TP

20 oktober 2021

Bier, algoritmes en ruitenwissers

Column

Wat hebben bier, algoritmes en ruitenwissers met elkaar gemeen? Als je net zo van breinbrekers houdt als ik, zijn je hersenen nu vast al op een razend tempo allerlei opties aan het verkennen. Puzzel nog even rustig door, ik vertel je het antwoord zo..

Interessant om ondertussen te vertellen is dat deze drie innovaties op heel uiteenlopende momenten in de geschiedenis zijn uitgevonden. Zo dateert bier van zo'n 1800 jaar voor Christus terwijl de beschrijving van een algoritme en de uitvinding van de ruitenwisser plaatsvonden in respectievelijk de negentiende en twintigste eeuw. Het moment van uitvinden hebben ze dus niet met elkaar gemeen, maar wel (en dat is niet het antwoord) dat ze alle drie vandaag de dag nog een centrale plek hebben in onze samenleving. 

Als bèta vind ik dát het fascinerende van onderzoek en innoveren; elke dag worden er ontdekkingen gedaan die ons leven nu, maar ook nog over 100, 200 of misschien zelfs 1000 jaar beïnvloeden. Mijn nieuwsgierigheid naar nieuwe innovaties is van nature groot. Maar daarbij voel ik ook een verantwoordelijkheid. Hoe willen wij dat onze samenleving zich gaat ontwikkelen? Ik vind dat we daar met z’n allen over moeten nadenken, zeker met het oog op alle technologische innovaties die er plaatsvinden.

Ha, ik hoor je al denken, super interessant die ethische kant van onderzoek en innovatie, maar wát hebben bier, algoritmes en ruitenwissers daar nu mee te maken? En wat hebben ze met elkaar gemeen? Het antwoord is… het zijn alle drie uitvindingen van vrouwen!

Als we zo’n 4000 jaar terug gaan in de tijd zijn er in het voormalige Mesopotamië kleitabletten gevonden van de Soemeriërs met daarop de eerste recepten van bier. Historisch onderzoek wijst erop dat het brouwen van bier voornamelijk door vrouwen werd gedaan, door gebruik te maken van technieken om voedsel langer te kunnen bewaren. Het is daarom ook niet gek dat binnen deze eeuwenoude cultuur de godin Ninkasi wordt gezien als de Godin van het Bier. Spoelen we door in de tijd, dan was het de Britse wiskundige en onderzoekster Ada Lovelace die begin 1800 de basis legde voor een methode ‘van vaste regels en symbolen voor een analytische machine’, oftewel, een algoritme. Lovelace wordt daarom ook wel gezien als de eerste programmeur ter wereld! En weer iets later, begin 1900, was het de Amerikaanse Mary Anderson die een patent ontving voor ‘een automatisch systeem voor het schoonmaken van een autoruit’, oftewel de ruitenwisser. In eerste instantie werd de meerwaarde van deze uitvinding niet gezien, maar vandaag de dag kunnen we ons geen auto meer voorstellen zonder ruitenwissers!

Zonder twijfel kunnen we zeggen dat innovatieve vrouwen een significante bijdrage hebben geleverd aan de wereld waarin we nu leven. En wat mij betreft geldt hier dat het verleden garanties biedt voor de toekomst. Ik ben ontzettend nieuwsgierig naar de technische innovaties die we nog kunnen verwachten van vrouwen. En ja, daar leg ik bewust de nadruk op de innovaties van vrouwen omdat daar een groot punt van zorg zit. Het totaal aandeel van vrouwen in een technisch beroep bedraagt momenteel slechts 14%. We laten dus heel wat talent en daarmee kansen onbenut. Vooralsnog ziet de toekomst er helaas ook niet hoopgevend uit, want Nederland bungelt onderaan het lijstje wat betreft het aantal vrouwelijke studenten in bèta technische-opleidingen ten opzichte van andere West-Europese landen. Daar komt bij dat veel technisch opgeleide vrouwen de sector voor hun 35ste verlaten. 

Kortom, we moeten aan de slag! Het onderwijs, het bedrijfsleven, de overheid, iedereen is aan zet. En laten we dan meteen afspreken daarin te kiezen voor de positieve benadering en te denken vanuit talent en kansen voor de toekomst. Dat klinkt misschien wat cliché, maar zolang dit vraagstuk wordt benaderd als een ‘hardnekkig probleem’ - wat in sommige gevallen zelfs gepaard gaat met een zucht-, maken we het onszelf moeilijker dan het is. De afgelopen jaren is er heel wat kennis in Nederland opgebouwd middels studies en regionale initiatieven. Dat heeft ons geleerd dat er geen ‘silver bullet’ is, maar dat er een brede aanpak nodig is en dat de oplossing begint met het stellen van vragen. Zo’n vraag kan zo simpel zijn als ‘hoeveel vrouwen hebben we binnen onze technische opleiding of bedrijf? En wat vinden we daarvan? En wat zou de volgende Ada of Mary ons kunnen brengen?’.

Laten we van alle goede vragen die we onszelf kunnen stellen de vraag ‘of vrouwen wel thuishoren in de techniek en ICT’ in ieder geval voorgoed in de ijskast zetten, en laten we er dan een biertje voor terugpakken en proosten op de toekomst!

 

Over Dominiek

Dominiek Veen (1991) studeerde Biomedische Wetenschappen en werkt als projectleider Human Capital Agenda ICT bij het Platform Talent voor Technologie.